De roep

Ik heb de televisie uitgezet
De stilte dringt tot me door maar word verstoord.
Iets roept me.
Van buiten voel ik dat iets me roept.
Ik zie niets, maar de roep is sterk.

Vanuit het raam probeer ik te zien wat het is.
Nog steeds zie ik niets.
Wat is die roep toch?
Ik voel dat ik naar buiten moet.

Fluisterend klinkt mn naam,
maar woorden hoor ik niet.
Wie roept me toch?

De televisie gaat weer aan.
Nog steeds word ik geroepen.

De roep van de natuur.

Perril Mayhem


Haat

De tijd van tot ziens is daar, en ik haat bijna iedereen.
De tijd van eenzaamheid komt eraan, en ik haat bijna iedereen.
Wat boeit het?
Kan het iemand schelen?

Ook al zegt men:”JA!”, ik haat bijna iedereen.
Men zegt:”Ik haat je als je dat doet”.
MOOI!
Dan hoef ik daar geen rekening mee te houden.
Het helpt bij verwerking.
En iemand die je haat hoef je niet te verwerken.

Het spijt me dat ik een slappe zak ben
Het spijt me voor de mensen die ik niet haat
Het spijt me dat ik niets kan
Het spijt me dat ik nog leef.

Vaarwel, ik haat bijna iedereen.

Perril Mayhem


De liefde van een kind (6)

Knetterstoned, zoals danielle het noemde, zat ik even later te genieten van een heerlijke kop koffie. “Rook jij wel vaker van die sigaretten?” Danielle moest lachen. “Jointjes bedoel je?”, ze nam nog een hijs en blies m weer uit.”Af en toe”. We praatten nog wat over van alles en nog wat, toen ze mij ineens een vraag stelde. “Waar betaal jij je spullen van, ik bedoel, je werkt niet en voor een uitkering heb je veel te veel spullen”. Nu was het mijn beurt om te lachen. “Betrapt”, ik nam een slok van mn koffie en legde uit. “Ik heb een paar jaar geleden een enorme geldprijs gewonnen, en nu hoef ik nooit meer te werken”. “Sterker nog, ik hoef niets meer en kan alles”. Danielle trok haar wenkbrauwen op en knikte bewonderend. “Dus je zit goed”, zei ik en gaf haar een knipoog. Na nog twee uur en nog vijf winkels had Danielle een garderobe, wat spulletjes die een vrouw nodig heeft en spulletjes voor op haar kamer. Omdat ik niet meer in staat was om te lopen, vanwege mijn knieën, belde ik een taxi om ons naar huis te brengen. In de taxi zat Danielle sommige spulletjes te bekijken, ze haalde een jurkje tevoorschijn en liet het aan me zien. “Deze is voor speciale momenten”. Ze was helemaal opgeknapt en straalde als de ochtendzon in juli.

Eenmaal thuisgekomen rende Danielle, met haar volle tassen naar haar kamertje. Direct daarna kwam ze weer beneden. “Ik ga even douchen, en daarna ga ik een modeshow geven, dan moet jij zeggen hoe je het vind”. Daarna verdween ze weer. Nu had ik even rust. begrijp me niet verkeerd, ik voelde me fantastisch met haar in huis, ze was lief en energiek. Maar dat laatste vergde behoorlijk wat van mijn energie. “Oh ja, moet je eens in mn rugzak kijken”, riep Danielle van boven. “Niet alles in een keer opmaken oke?” “Oke” riep ik zonder dat ik in het tasje gekeken had. Voorzichtig opende ik het tasje en zag een klein flesje whisky zitten. Omdat het tasje verder leeg was begreep ik dat ze het voor mij had gehaald, maar wanneer, en hoe? Hoe dan ook, ik pakte een glas en schonk een bodempje in. Daarna wachtte ik op de “modeshow”. “Tatatataa”, de stem van danielle vulde de ruimte. “Het publiek zal nu gaan genieten van de “Daniellemode show”. Ze kwan de trap afgelopen in een veelte grote broek en een piepklein topje. Daar overheen had ze een trui met een ritssluiting en capouchon. “Dit is mn dagelijkse kleding, en ik ga nu mn nette kleding showen”. Ze rende weer naar boven en even later kwan ze weer benden met het jurkje aan dat ze had laten zien in de taxi. “Hoe vind je het?”, vroeg ze terwijl ze ronddraaide. Mijn mond viel open van verbazing, wat was ze mooi. “Schitterend”, was alles wat ik wist te zeggen. Met een grote lach op haar gezicht rende ze weer naar boven.

Word vervolgd: lees de finale

Perril Mayhem


Wat te doen?

Zevenentwintig jaar ben ik.
Twintig jaar vechten heb ik achter de rug,
en zeven jaar van onwetendheid.
Nu weet ik dat onwetendheid een zegen kan zijn.
Ik snap niet wat ik hier nog doe, maar ik wil niet mezelf doden.

Ik heb liefde ontdekt door het te verliezen, ik heb ouders ontdekt door ze te haten. Mijn opvoeding heb ik bij anderen afgekeken en mijn overlevingsdrang is een gevolg van mijn leven.
Mij is geleerd:”Als je er niet over praat dan is het er niet”
Mij is geleerd:”Zelf de slechten krijgen hulp”.
Kansen kreeg ik zat, maar ik ben nog een kind.
Wie geeft een kind nou een eigen huis.
Wie vraagt er aan een kind om verantwoordelijkheid te tonen als hij het begrip niet volledig bevat?

“Je bent zevenentwintig, doe eens alsof je zo oud bent”.
Mijn halve leven doe ik dat al.
Ergens hield ik op met ontplooien, waardoor ik moest improviseren.
Improviseren om niet op mn zestiende al zelfmoord te plegen.
Als het op je elfde mislukt dan ga je nadenken als je ouder word.

Het is nu oktober 2003.
Ik sta aan de vooravond van het einde van een echt leven.
Dankzij mijn onkunde kom ik weer naast iedereen wonen.
Nog enkele weken.
Ondanks mijn “talenten”, kan ik bijna niets, behalve vrienden afstoten.
Mijn gedrag is onacceptabel en toch accepteert men het.
Dat is vriendschap, en tegelijk een nemesis.

Nu ik echt weet wat liefde(ook vriendschap valt daaronder) is, kan ik mijn leven niet beeindigen.
Maar toch…
Na twintig jaar vechten, pech, verdriet, pijn en haat, ben ik moe.
Al mijn pogingen om in de maatschappij te komen, brachten me weer op het zelfde adres, de straat.
Ik ben het vechten moe.
Misschien is dit wel een enorme kreet om hulp, misschien een afscheid.
Hoe dan ook, ik hoop op een echte kans.
Ik wil leven, maar dan wel echt leven.
Niet bang zijn dat voor depressies die me iedereen doen haten.
Niet bang zijn dat ik gek ben.
Niet bang zijn voor black-outs.
Niet bang zijn voor de toekomst.

Ik zou nu eindelijk wel eens willen werken vanuit een veilige situatie.
Vanuit een thuis, vanuit geborgenheid.
Maar die twee woorden zijn voor mij niet meer dan woorden zonder betekenis.
Mijn god wat haat ik mijn leven.

Perril Mayhem


De liefde van een kind (5)

Schoorvoetend kwam danielle de keuken ingelopen. “Mag ik vragen waar je woont?”. Danielle keek me scherp aan. “Dat mag ik niet zeggen, dan word iedereen weggehaald en moeten we in een tehuis wonen”. Haar kinderlijke manier van praten stak nu schril af tegen haar vrouwelijke uiterlijk. “Bedoel je met “we” de groep?” Ze was bij me aan de bar komen zitten. “Ja, volgens Bennie, onze leider, moeten we altijd onze woonplaats geheimhouden”. Haar gedachten schoten de ruimte in en afwezig ging ze verder. “Onze “familie” heeft nog weleens problemen met de politie, we moeten altijd voorzichtig zijn”.

Terwijl zij aan het vertellen was, ging ik bezig de boodschappen op te ruimen. Toen ik alleen nog de drank weg moest zetten, staarde ik even naar de flessen. Daarna draaide ik me naar Danielle toe. “Danielle, hoe zou jij het vinden om niet meer te hoeven verbergen waar je woont?” Met een vreemde blik keek ze me aan. “Hoe bedoel je?” “Hoe zou je het vinden om bij iemand in te trekken?” Fel sprong ze van haar kruk af. “Ha, en dan hoef ik zeker alleen maar “lief” te zijn?” Ik begreep wat ze zei, maar mijn bedoelingen waren zo puur als kristal. Het enige dat ik wilde was haar uit het straatleven weghalen. “Nou moet je even ophouden”, enigszins boos verhief ik mijn stem iets. “Wil je voor de rest van je leven mensen bestelen en bang zijn voor de politie?”

Danielle schrok van mijn reactie en krom ineen. Bijna onmerkbaar schudde ze haar hoofd, “Nee”. Haar stem klonk ontzettend broos, ik had duidelijk een zwakke plek geraakt. “En hoe had je dat willen voorkomen?” Haar hoofdje zakte nog verder naar beneden, “Ik weet het niet”. De aanblik van dit meisje sneed dwars door mn hart, ik zag zoveel pijn tegenover me, ik kon het gewoon niet laten gaan. “Weet je, ik ben al een hele tijd alleen”. Ze keek me aan als of ik haar zojuist de geheimen des levens had geopenbaard. “Op zich is dat nooit een probleem geweest, maar de laatste tijd merk ik dat ik problemen krijg met lopen”. “Mijn knieën zijn niet meer wat ze geweest zijn”. Even bleef ik stil en nam haar in me op, daarna vervolgde ik mn verhaal. “Toen ik vannacht viel, moest je me daarom overeind helpen, nog bedankt daarvoor”. Ik vertelde dat die gebeurtenis me had laten schrikken en doen nadenken. Danielle was weer gaan zitten en zat met grote ogen en open mond te luisteren. “…Om een lang verhaal kort te maken, hoe zou je het vinden om hier te komen wonen, bij mij?”

De vraag was eruit. Om niet fout over te komen vertelde ik dat zij me dan kon helpen met kleine dingen en ik op mijn beurt zou haar dan weer leren lezen en schrijven. “…als een soort vaderfiguur”. Op dat moment kon ik mijn tong wel afbijten, waarom had ik nou weer “vaderfiguur” gezegd?

Kennelijk trok ik een nogal vreemd gezicht, want danielle begon te lachen. “Wat ben jij lief als je iets stoms zegt”. Haar lach verdween iets en een serieuze blik verscheen. “ik hoef dus geen lichamelijke wederdiensten te doen?” Haar vraag was net zo eerlijk als hard. Ik kreeg steeds meer het idee dat dit meisje vaker misbruikt was dan ze, tot nog toe, had laten merken. “Nee”, was mijn korte en duidelijke antwoord. “Je bent serieus…en…je gaat me echt leren lezen?” Ik knikte, waarna danielle weer van de barkruk afsprong en de kamer in rende. “Graag” riep ze terwijl ze de woonkamer in rende en bij de boekenkast ging staan. “Kan ik dan al deze boeken lezen?” Lachend riep ik terug dat ze zelfs haar eigen boeken zou kunnen gaan schrijven. “Ja”, met een vastberaden blik kwam ze weer de keuken ingelopen, “dat ga ik doen”. “Maar…”, ze hield op met praten en stond naar zichzelf te kijken. Voordat ze ook maar iets kon zeggen had ik haar al naar haar verjaardag gevraagd. Ze vertelde me dat ze niet precies meer wist welke datum het was, maar het was begin november, wist ze wel te vertellen. “Mooi, dan gaan we na het ontbijt kleren en spulletjes voor je kopen”, en terwijl ik dat zei goot ik de drank in de gootsteen.

Ik had een stevig ontbijt in elkaar gedraaid en dat was maar goed ook, wat kan die meid eten. Daarna gingen we naar de stad. Eenmaal in de stad wist ik echt niet waar ik kleren voor haar zou kunnen vinden. Gelukkig wist ze dat zelf wel. Na vijf uur en twintig winkels begonnen mijn knieën op te spelen. Om mezelf niet te laten kennen bleef ik doorlopen, maar Danielle had het door. “Zullen we daar wat gaan drinken?”, ze wees naar een klein barretje. Het kwam als geroepen. We liepen met zn tweeën naar binnen, het was er schemerig en er hing een vreemde geur. Danielle hield even in, daarna draaide ze zich naar me toe. “Dit is een coffeeshop”.

Omdat ik wel zin had in een lekkere bak koffie liet ik haar twee maal de specialiteit van het huis halen. Een beetje verbaasd nam ze het geld aan, liep naar de bar en kwam terug met twee voorgerolde sigaretten. Ik wilde niet stom overkomen en dacht dat we die sigaretten bij de koffie kregen. Ik pakte er een aan en stak m op. Sindsdien weet ik dat de specialiteit van een coffeeshop, wiet en hash zijn, ik kreeg een enorme hoestbui.

Word vervolgd: lees deel 6

Perril Mayhem